Al eeuwenlang is op Urk sprake van visverwerking. Het ging eerst vooral om vis uit de Zuiderzee en later de zoetwatervis uit het IJsselmeer. Grootschalige verwerking van Noordzeevis kwam pas in het begin van de jaren zestig op gang. Het groeide uit tot de belangrijkste industrie van ons dorp.
Vanaf de negentiende eeuw duiken er regelmatig berichten over Urk en haar bewoners op in de kranten. Berichten over vangsten, stormen en calamiteiten op zee. In 1819 krijgt Urk een eigen haven, waardoor in een zeer vroeg stadium zeevis aangevoerd kan worden op Urk. Een aantal aanwezige handelaren zorgen voor de verwerking en verhandeling van aangevoerde vis.
In 1905 wordt de Gemeentelijke Visafslag Urk opgericht en in gebruik genomen. Dat betekent dat er nu een centraal punt is waar de vis aangevoerd en verhandeld wordt. Er zijn meerdere handelaren en kopers aanwezig, die elkaar beconcurreren en dat heeft een gunstig effect op de prijs. Bekende vishandelaren uit deze tijd zijn Bakker & Gerssen, Jan Brouwer, Lichtendahl, Douwe Gnodde en diens broer Adolf Gnodde.
Op Urk worden pogingen ondernomen om Noordzeevis te veilen, In 1946 wordt de voorloper van de VVU opgericht, de Urker Vishandelaars Vereniging. Het doel is de aanvoer van Noordzeevis op Urk te stimuleren en uit te breiden. De vissers zullen voor vangsten dezelfde prijzen betaald krijgen als in de visafslag in IJmuiden. Maar dat komt niet goed van de grond. De afslag draait vooral op IJsselmeervis.
In de buurt van de afslag worden in die jaren een viertal bedrijfsruimtes gebouwd voor de UVAA, Urk Export, Gebroeders Prins uit IJmuiden en een gebouw als uitbreiding van de afslag, die op dat moment veel te klein is voor de steeds verder toenemende aanvoer van vis. Daarnaast is er nog een aantal palingrokerijen, ‘anges’, van onder meer de gebroeders Bakker, die tot die tijd hun bestaan vonden in de IJsselmeervis.
IJsfabriek van Veen bouwt naast de fabriek een kleinschalig vrieshuis en op het nieuw in te richten industrieterrein, verrijst Bos Diepvries, gevolgd door IJsfabriek Snoek, dat later overgaat in handen van de UVAA.
Eind 1961 besluit IJmuiden om geen zaterdagmarkt meer te houden Als vanaf 1962 een aantal vissers hun Noordzeevis aanvoeren op de Urker visafslag, begint er daadwerkelijk een visindustrie te groeien. De Urker vishandelaren beginnen samen te werken, en in 1965 wordt er een vereniging ingeschreven bij de Kamer van Koophandel: de Vereniging van Vishandelaren Urk.
Vergaderingen vonden plaats indien nodig, en er werd niet veel schriftelijk vastgelegd. Als er een kwestie was, dan werd een van de voormannen uit de handel naar voren geschoven om te overleggen met de afslag. Vaak was dit Rein Bos. Andere handelaren uit die tijd zijn Lucas Schrijver, Reinier Bakker, Pieter Hakvoort, Dubbele Nentjes, Jelle Baarsen en Douw Gnodde.
De VVU overlegde met de afslag over de tijden van aanvoer, de kwaliteit van de vis en het gewicht in de kisten. Er werden wel eens harde noten gekraakt, maar meestal werd in gemoedelijke sfeer met elkaar overlegd en men kwam er met elkaar wel uit.
De industrie groeit door. Kamperhoek wordt in de jaren zeventig ontwikkeld, en de eerste die zich daar zetelt is Zeevishandel J. Post. Vele anderen volgen. Het terrein stroomt langzaam vol met fileerders, inpakkers, vriezers en exporteurs.
De Urker visindustrie is van oudsher gericht op export, en de vis gaat overal naar toe. Inmiddels worden ook steeds verder stijgende hoeveelheden vis naar Urk geïmporteerd. Want de hoeveelheid vis die uit Europese wateren wordt opgevist, voorziet slechts voor ruim de helft in de Europese vraag naar vis. Op Urk wordt de vis gegradeerd, gepaneerd en verpakt in kleinverpakkingen en van hieruit gaat de vis weer verder de wereld in.
De VVU draait in het begin zonder officieel bestuur. Vanaf ongeveer 1970 is Rein Bos voorzitter, Gerrit (van Sijtje) Wakker de secretaris en Piet Hakvoort penningmeester. In die jaren blijft het overleg op ad hoc basis plaatsvinden.
Gerrit wakker
Rein Bos
Gerrit wakker
Pieter Hakvoort
Klaas L. Koffeman
Albert Ras
Roelie Bakker
Klaas L. Koffeman
Albert Romkes
Roelie Bakker
Interim Albert Romkes
Willem de Jong
Albert
Piet Buter
Frits Smit
Roelof Siepel
Piet Buter
interim Joh. Schenk
Jakke Ras
Piet Buter
Cees Koffeman
Jakke Ras
Piet Buter
Evert Jansen
Jakke Ras
Piet Buter
Bauke Hoekstra
Jakke Ras
Marten Poelman
Wanneer de visserij steeds meer beperkingen ondervindt in de jaren tachtig, besluit de industrie de VVU voorzichtig aan wat meer te structureren. Er komen geregelde vergaderingen en er worden een aantal zaken collectief aangepakt.
Eind jaren 90 staan zaken als een collectieve Arbo-verzekering, een CAO voor de visindustrie en collectieve inkoop van verpakkingsmaterialen prominent op de agenda, maar blijken uiteindelijk op onvoldoende breed draagvlak te kunnen rekenen.
In 2006 wordt een samenwerking aangegaan met de BKU, waarbij beide verenigingen André de Vries inhuren als ambtelijk secretaris en manager van de verenigingen. Het bestuur blijkt succesvol in het opzetten van een Waterzuiveringscollectief, de zogenaamde WC-pot. Het waterschap kan niet zonder het Urker afvalwater. Het levert een substantiële besparing op voor de Urker visindustrie.
Wat ook een flinke besparing oplevert is de collectieve inkoop van elektriciteit. Samen met de BKU wordt een collectief opgezet waarin de grootverbruikers van het Urker industrieterrein zich verenigen. Het collectief bestaat nog steeds. Per jaar wordt bijna 50 miljoen kilowattuur ingekocht, waarmee de bedrijven door de jaren heen miljoenen euro’s hebben bespaard.
Veel zaken die landelijk spelen worden binnen het verband van de Visfederatie opgepakt, waar de VVU een dragende partij van is. Sinds het wegvallen van het Productschap Vis heeft deze organisatie aan professionaliteit gewonnen, waardoor met de collega’s in den lande nog meer een vuist gemaakt kan worden, zowel nationaal als internationaal. De Vereniging van Visgroothandelaren heeft binnen dit bestuur al vele jaren een goede vertegenwoordiging. Guus Pastoor is de huidige voorzitter van de Visfederatie.
De samenwerking in de sector kwam ook tot uiting in de doorstart van het Nederlands Visbureau. Aanvoer en handel werken daarin samen en zorgen voor voldoende middelen om vanuit Scheveningen een basisinvulling te geven aan de pr van de Nederlandse visserijsector.
De afgelopen jaren heeft de VVU zich meer dan eens ingespannen om een sterker collectief te vormen om de promotie van Noordzeevis sterker te organiseren. Initiatieven als Urk Fish Capital en het North Sea Fish Center zagen het levenslicht, maar stierven een schone dood vanwege het ontbreken van de wil tot echte samenwerking bij met name de aanvoersector.
Bezoekadres:
Het Spijk 18a te Urk
Postadres:
Postbus 8, 8320 AA te Urk